Heiligen en sprookjes: Dimpna en ‘Bonte Pels’

LESMATERIAAL:

LESDOELEN:

  • de intertekstuele verbanden leren leggen
  • het statuut en belang van volksverhalen voor literatuur begrijpen
  • een argument aftoetsen tegen de tekst waarover gesproken wordt
  • een mening over de positie van religie formuleren in een gestructureerde tekst

Nogmaals een les over de volksverhalen, omdat er in mijn gevoel in literatuuronderwijs te veel te nadruk wordt gelegd op de bovenlaag van de middeleeuwse literatuur, de geschreven teksten. Die teksten hebben een beperkt spectrum en tonen enkel de bovenlaag van de maatschappij – de mensen die zich toen literatuur konden permitteren.

De gewone mensen hadden geen toegang tot deze teksten, maar ontwikkeld hun eigen pragmatische narratieven. Pragmatisch betekent hier “met een bepaald doel” en dikwijls waren de verhalen die ontstonden moralistisch van aard en dus geen literatuur van vertier. De analyse van de overgeleverde volksverhalen kan dus een onmiddellijk beeld geven van de angsten, verlangens en situatie van de gewone mensen.

In deze zin poogt bovenstaande les aan te tonen dat de legende van de heilige Dimpna qua historische oorsprong wellicht een middeleeuws-christelijke verwerking van een klassiek topos uit de volksverhalen, het verbod op incest, is. De uitzonderlijke historische marker in deze legende ‘Ierland’ kan enkel duiden op het feit dat dit een verhaal is dat gelanceerd is door een Ierse prediker, of in zijn verering is ontstaan. De oudste beenderen kunnen goed die van de prediker zelf zijn, of daarvoor lang hebben doorgegaan.

Guy de Maupassant, ‘Het seintje’ (1886)

LESMATERIAAL:

lesigne

Nogmaals vertaalde literatuur, wederom zonder excuses. Leesplezier is een belangrijke hoeksteen van literatuuronderwijs, niemand hoeft immers literatuur te lezen. Anderzijds kan modern onderwijs in een transdisciplinaire benadering niet zonder literatuur: geen enkel medium is in staat de sociale, ethische, economische, esthetische en epistemologische stratum van een maatschappij weer te geven en toch aanschouwelijk te maken.

saintlazaregare

Naast het feit dat ‘Le signe’ van Guy de Maupassant leest als een trein (ook bij de leerlingen!) , zit er onder het oppervlakteniveau van de burgervrouw die zich ‘toevallig’ prostitueert een vat van culturele en sociale informatie en kritiek schuilgaat. Om dat alles te ontdekken is er een gidsende hand nodig en de achtergrondtekst biedt in dat opzicht stof genoeg ter discussie, maar is een tekst-in-ontwikkeling, zoals vele teksten hier. Feedback is altijd welkom.

Er zijn geen concrete takenbladen voorzien, omdat ik denk dat het kortverhaal genoeg aandacht en reactie bij de leerlingen zal hebben om een levendig klasgesprek te voeren.

Deze les biedt aanknopingspunten voor een discussie over prostitutie, seksuele ethiek enzoverder, maar het verhaal van de Maupassant neemt dit veel breder en beoogt kritiek op een veel bredere laag van de burgerlijke code dan louter op het vlak van seksualiteit.

Op het einde van de achtergrondtekst worden enkele opmerkingen geformuleerd over dit verhaal als metatheater, het leven als een toneelrol: ben je zoals je jezelf ziet, of ben je hoe de anderen je zien? Is er in het leven een verschil tussen een rol spelen en een rol vervullen?

“Zoenen met de goddelijke zombie”: Jacques Perk en het romantisch idealisme

ARTIKEL:

Het zoenen van de goddelijke zombie (.pdf)

Volgens mij verdient geen enkele periode meer aandacht dan de 19de eeuw. Het probleem met de Nederlandse letterkunde, is dat er weinig vroege exponenten van de Romantiek furore maken tot na de dood van Shelley en Keats. De Romantiek wordt dan ook gauw misbegrepen en afgedaan als ijlhoofdig gezwijmel over gevoelens, terwijl dat idee nooit volstaat om de visie van Romantische auteurs ten volle te beschrijven. Romantische dichters hebben het niet over gevoelens, maar over abstract-filosofische concepten.

Zoals het in Keats’ ‘Ode aan een nachtegaal’ niet draait om een vogel, een specifiek dier of wat de dichter voelt als hij die vogel hoort zingen, gaat het bij Perk niet over een meisje Mathilde, maar een algemeen filosofische, abstracte waarheid over leven en dood.

Mathilde

Het artikel bevat ook een korte uitweiding over het semiotisch vierkant en het gebruik ervan in literaire en andere teksten. Er is ook geen herlezing of eindredactie op gebeurd; in deze vorm is het nog niet echt geschikt als cursustekst.

Sprookjes: Roodkapje en de weerwolf

LESMATERIAAL:

Er is in het moderne moedertaalonderwijs zeker aandacht voor de sprookjes. Als het erom gaat een aanknopingspunt te vinden in de leefwereld van de jongeren, dan is dit onderwerp gefundenes fressen. Disney nu wel populairder dan toen ik jong was, zelfs bij oudere tieners. Hiervan wordt echter veel te weinig gebruik gemaakt om de leerlingen iets fundamenteels bij te leren over literatuur, maatschappij, geschiedenis, opvoeding en seksualiteit.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De meeste handboeken vestigen enkel nog de aandacht op de verwerkingsniveau’s, de aanpassingen nagaan tussen verschillende versie en hebben weinig oog voor de tekstfunctie. Soms durft men wel verwijzen naar de seksueel-pedagogische ondertoon van de oorspronkelijke volksverhalen, maar er wordt niet op de tekst gewerkt of aangeduid hoe dat in de tekst verweven zit.

Aan de hand van een vergelijking van het sprookje van Perrault met een middeleeuwse, mondelinge variant, wordt duidelijk dat het oorspronkelijke volksverhaal een duidelijke maatschappelijke functie vervult, terwijl het bij Perrault om amusement gaat. De aanpassingen in het verhaal, met het vervangen van de oorspronkelijke weerwolf (geen dier maar een mens, een man) door een gewone wolf (een dier) op kop, vormen een cruciale breuklijn tussen volksverhaal en ‘literatuur’.

Concrete werkvormen of taakmateriaal voor deze les zijn nog niet beschikbaar. Ik heb wel enkele ideeën, maar die wil ik eerst uitproberen: tekstvergelijking laten maken, verhalen doorvertellen en registreren welke elementen verdwijnen, … Voorlopig enkel een ruw achtergrondartikel voor de leerkracht.

Detectives III: Edgar Allen Poe, ‘De Gestolen Brief’

LESMATERIAAL:

Historisch beschouwd, hoort Poe natuurlijk voor Doyle behandeld te worden, maar wanneer we de moeilijkheid van de beide verhalen in rekening nemen, is het duidelijk dat Poe beter achteraf behandeld wordt. Wellicht is deze les enkel aan te raden voor 6 ASO en kan voor een deel aansluiting vinden bij lessen over de Romantiek.

 

 

 

 

 

 

Belangrijke focus moet zoals steeds, de onderzoeksmethode zijn. Dit element is voor de leerlingen grijpbaar en kan een praktisch uitgangspunt zijn om een vergelijking te maken met Doyle. Bij Poe gezien we het Romantische genie bezig, zuiver geesteswerk, terwijl Sherlock Holmes dichter bij de moderne wetenschappelijke praktijk aanleunt: hij onderzoekt sporen, empirisch bewijs.

belaruemorgue

Deze tekst is verre van af, al heb ik wel enkele meerkeuzevragen opgesteld om de lectuur te testen. Ik deze les zelf nog niet in deze vorm gegeven, daarom moet dit als Work-In-Progress beschouwd worden.

French linguist Jean-Claude Milner offered in Détections fictives , Le Seuil, collection « Fictions & Cie », 1985, supporting evidence that Dupin and D— are brothers, based on the final reference to Atreus and his twin brother, Thyestes.

http://en.wikipedia.org/wiki/The_Purloined_Letter

EXTRA MATERIAAL (ENG):

E.A. Poe, ‘The Purloined Letter’, audio book at librivox.org
E.A. Poe, ‘The Purloined Letter’, e-text at gutenberg.org