Deze les was een poging om op Socratische manier de inhoud van wikipedia-artikel aan te brengen: door het stellen van vragen. De leerlingen zijn hierdoor wel gefocust op de materie en gedwongen om na te denken.
Natuurlijk is er informatie over te brengen: die zit stiekem in de vragen. Dat zijn de hendels waarmee leerlingen zelf aan de slag kunnen. Zelf ben ik verre van expert in schilderkunst en haar technieken: mij gaat het om de beeldtaal.
Pieter Breugel de Oudere, De Strijd tussen Vasten en Vastenavond (1565)
Extra aandachtspunten niet vermeld in het wikipedia-artikel:
centraal staat de waterput, teken van zuiverheid, maar de put is leeg, of er is een gat in de emmer?
herberg heeft uithangbord met afbeelding ‘De Blauwe Schuit’, herberg in de achtergrond enkel een beeltenis. We zien hier de overgang van beeld-cultuur naar tekst-cultuur.
twee groepen bedelaars: heel ironisch dat de blinden de weg naar de kerk vinden, terwijl de kreupelen voor de herberg proberen te dansen…
de spies van heer Vastenavond combineert het hoofd van een varken, met het lijf van kip en een worstje als staart. Dit is zeker ook een allusie aan de Duivel, die ook wezens kan scheppen, maar die zijn nooit volmaakt: bokkepootjes, hoorntjes, een misvormd oog (Moenen in Mariken Van Nieumeghen).
Wikipedia is de eerste plaats waar de huidige leerlingen in contact komen met het wetenschappelijke discours. Het is tevens de eerste gateway naar het zelf lezen van deze teksten voor iedereen buiten het wetenschappelijke circuit.
Uiteindelijk is dit een experiment in efficiënte informatieverwerking: het uiteindelijke doel is dat leerlingen een eerste verwerking van deze leerstof actief in de klas doen. Het lijkt een evidente keuze om dit soort leerstof ex cathedra aan te bieden, een tekst uit te delen en te verwachten dat leerlingen de informatie thuis memoriseren.
Deze opdracht bestaat uit:
Focuspunten: sociale, geografisch en historische situering van rederijkers
Zoekopdrachten: nauwkeurig zoeken in de tekst kan digitaal altijd via CTRL+F
Cursorisch lezen: zich situeren in de tekst
Transfer: informatie overdracht tussen twee schermen
Woordenschat: gebruik van synoniemen in de vragen, wetenschappelijke woordenschat (heterogeen-homogeen)
Contradicties: de bekendste, meest getalenteerde rederijker is geen lid van een kamer: Anna Bijns.
Een compacte en intrigerende inleiding op het werk Louis Couperus, maar ook een mooie illustratie van de fascinatie van Romantische auteurs met het irrationele. Tekst in PDF. Audio-opname in MP3. Kortfilm op Youtube.
Een compacte en intrigerende inleiding op het werk Louis Couperus, maar ook een mooie illustratie van de fascinatie van Romantische auteurs met het irrationele. Qua tijdskader past het verhaal historisch ook binnen het kader van de vroegmoderne, pyschologiserende literatuur, die zich bewust is van het werk van Sigmund Freud. Thematisch wordt in deze korte bespreking van Vrij Nederland uit 1942 (24/10) het belangrijkste mooi samengevat:
Dit is een heel ander soort luisteroefening: het resultaat van de oefening is geen ingevuld blad met woordjes, of aangekruiste meerkeuzevragen, maar een verzameling tekeningen. De enige bedoeling is dat de leerlingen luisteren en instructies volgen. Als leerkracht is het moeilijk de sterkte van dit experiment in te zien zonder het zelf te doen. Pak dus pen en papier:
Er is amper woordenschat op te pikken in dit filmpje, het gaat vooral om de ervaring:
ik kan een Engelstalige TED talk beluisteren, begrijpen en zelf toepassen
ik kan wel tekenen als ik een paar technieken gebruik
ik kan wellicht veel meer dan ik zelf besef
Uiteindelijk gaat het in deze les niet over ‘leren tekenen’, dat is slechts een vehikel voor een luister- en doeles. Die kan zeker ook gegeven worden in de 2e graad, misschien zelfs in de 1e. Voor de 3e graad hoort er zeker een spreekgedeelte bij.c
DEEL 2 – Spreken
Discussiepunten voor de nabespreking kunnen zijn:
You thought you couldn’t draw, but what did you experience?
What enabled you to create the drawings you thought you could never create?
Are there other skills you think you are really bad at? Why do you think so?
Are you convinced that you simply don’t have the talent for certain subjects at school?
Do you believe that some people are born with certain talents? Do you believe that anybody can learn anything?
Eindtermen in deze les
ET
vaardigheid
beschrijving
1
luisteren en kijken
het onderwerp bepalen
2
luisteren en kijken
de hoofdgedachte achterhalen
3
luisteren en kijken
de gedachtegang volgen
4
luisteren en kijken
relevante informatie selecteren
8.1
luisteren en kijken
zich blijven concentreren ondanks het feit dat ze niet alles begrijpen;
8.2
luisteren en kijken
het luisterdoel bepalen en hun taalgedrag er op afstemmen;
8.5
luisteren en kijken
hypothesen vormen over de inhoud en de bedoeling van de tekst;
8.6
luisteren en kijken
de vermoedelijke betekenis van transparante woorden afleiden;
8.7
luisteren en kijken
de vermoedelijke betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context;
18
spreken
informatie uit teksten meedelen.
19
spreken
teksten navertellen
20
spreken
teksten samenvatten.
21
spreken
verslag uitbrengen over een ervaring, een situatie en een gebeurtenis.
24
spreken
een waardering kort toelichten.
25
spreken
een gefundeerd standpunt naar voor brengen bij beluisterde teksten.
26.1
spreken
zich blijven concentreren ondanks het feit dat ze niet alles kunnen uitdrukken; het spreekdoel bepalen en hun taalgedrag er op afstemmen;
26.2
spreken
het spreekdoel bepalen en hun taalgedrag er op afstemmen;
26.4
spreken
gebruik maken van non-verbaal gedrag;
26.6
spreken
ondanks moeilijkheden via omschrijvingen de correcte boodschap overbrengen;
26.8
spreken
bij een gemeenschappelijke spreektaak talige afspraken maken, elkaars inbreng in de tekst benutten, evalueren, corrigeren en redigeren.
27
mondelinge interactie
de leerlingen kunnen de taaltaken, gerangschikt onder ‘luisteren/kijken’ en ‘spreken’, in een gesprekssituatie uitvoeren.
29.1
mondelinge interactie
zich blijven concentreren ondanks het feit dat ze niet alles begrijpen of kunnen uitdrukken;