Rederijkers: Wikipedia leesproef

Actieve leesproef op basis van het gedetailleerde wikipedia-artikel over Rederijkers.

Wikipedia is de eerste plaats waar de huidige leerlingen in contact komen met het wetenschappelijke discours. Het is tevens de eerste gateway naar het zelf lezen van deze teksten voor iedereen buiten het wetenschappelijke circuit.

Uiteindelijk is dit een experiment in efficiënte informatieverwerking: het uiteindelijke doel is dat leerlingen een eerste verwerking van deze leerstof actief in de klas doen. Het lijkt een evidente keuze om dit soort leerstof ex cathedra aan te bieden, een tekst uit te delen en te verwachten dat leerlingen de informatie thuis memoriseren.

Deze opdracht bestaat uit:

  • Focuspunten: sociale, geografisch en historische situering van rederijkers
  • Zoekopdrachten: nauwkeurig zoeken in de tekst kan digitaal altijd via CTRL+F
  • Cursorisch lezen: zich situeren in de tekst
  • Transfer: informatie overdracht tussen twee schermen
  • Woordenschat: gebruik van synoniemen in de vragen, wetenschappelijke woordenschat (heterogeen-homogeen)
  • Contradicties: de bekendste, meest getalenteerde rederijker is geen lid van een kamer: Anna Bijns.

De laatste dt-fout: het onzichtbaar voltooid deelwoord

Het gebeurt iedereen. Ook bij mij is het al meermaals gebeurd dat ik, tijdens het snelle tikken, die twee vormen door elkaar haal. Hier is een databank van dertig oefeningen in pdf, met de mogelijkheid ze digitaal uit te testen in toetsjes van 5 vragen.

Het gebeurt iedereen. Ook bij mij is het al meermaals gebeurd dat ik, tijdens het snelle tikken, die twee vormen door elkaar haal. Hier is een databank van dertig oefeningen, in testjes van 5 vragen.

Hier de volledige test van 30 oefeningen in pdf:

Veel theorie is hier niet te bespreken: we moeten ons er enkel van bewust zijn dat werkwoorden met de prefixen her-, ver-, ont-, ge- geen extra ge- prefix krijgen voor het voltooid deelwoord: herenigd, verrekend, ontmoedigd, gebeurd. Dat maakt dat deze vormen slechts een letter verschillen van de tegenwoordige tijdsvormen voor tweede en derde persoon.

Stembanden knutselen in de klas

We maken dubbelrietfluitjes van drankstrootjes om de stembanden te simuleren.

Het lesdoel is hier tweeledig: 1) ervaren, zien en begrijpen hoe het stemapparaat werkt en 2) stemhebbendheid vs. stemloosheid van klanken begrijpen.

Elk geluid dat we ervaren zijn luchttrillingen die ons trommelvlies bereiken. Die kunnen door eender wat veroorzaakt worden: zelfs wrijven met je handen doet de lucht voldoende trillen voor jou om het te kunnen horen.

Door een punt aan het rietje te snijden het het plat te duwen, ontstaat een dunne opening waardoor de lucht geperst wordt. Omdat de lamellen dun zijn, openen en sluiten ze heel snel, dit heeft te maken met het ontstaat van onder- en bovendruk. De technische achtergrond wordt hier uitgelegd.

Dieren en mensen hebben, in tegenstelling to insecten, een speciaal apparaat voor het maken van geluid: stembanden. Dit zijn niet meer dan twee spiertjes (je kunt ze opspannen) die samen flapperen door de lucht die erdoor stroomt.

Verdere experimenten kunnen zijn: dunnere en dikkere rietjes, plastic en papier, lang en kort. Elke parameter beïnvloedt de klank op een of andere manier.

Dit is meer dan een speeluurtje:

  • kennis, hoe theoretisch ook, vertrekt vanuit de ervaring
  • stemhebbend/stemloos en hoe Nederlands hiermee omgaat, is wat Nederlands van Duits en Engels onderscheid
  • dit onderscheid ligt aan de grond van de meeste spelproblemen in het Nederlands m.b.t. eindmedeklinkers bij beginnende schrijvers en werkwoordspelling bij iedereen.

Translinguïstische homofonie met Kees Torn

Vertaal het laatste woord naar het Engels, en vervang dat woord door het Nederlandse woord dat hetzelfde klinkt. Een leuke oefening om je multilinguïstische brein te trainen.

Vul het laatste woord van de zin aan. “Dat woord is altijd het Engelse semantische equivalent van het laatste woord, maar fonetisch de continuering van de syntax.”

Het lijkt makkelijk, maar als je het probeert zal je zien dat nog best kan tegenvallen.

Kees Torn

Met andere woorden: vertaal het laatste woord naar het Engels, en vervang dat woord door het Nederlandse woord dat hetzelfde klinkt. Een leuke oefening om je multilinguïstische brein te trainen.

Arm Bloedje… krantenbericht uit 1923

Probeer de leesproef zelf uit via deze link.

Deze tekst bevat een heel aantal woorden die wij, honderd jaar later, niet meer gebruiken. Dat hoeft helemaal niet te betekenen dat we ze niet kunnen begrijpen: betekenis ontstaat door context.

Indien gevraagd naar de betekenis van woorden zoals ronken, schabeletter, teenemaal, in een grijs schieten en zonder kruis of duit op zak, zonder de context van het artikel, zal het voor velen moeilijk zijn. In de context van dit bericht over een kind dat van huis is weggelopen, wordt alles wel duidelijk.

Naar welk object is de Damberdstraat vernoemd? Kijk eens op Google maps waar in Brussel die straat ligt en ontdek met welk vervoersmiddel hij gereisd heeft.

We kunnen stilstaan bij het voltooid deelwoord van spijzen, dat net zoals reizen, ons leert dat de stam van zulke werkwoorden /spijz/ en /reiz/ is. We kunnen spreken over de objectvorm in ouder Nederlands: De agent maakt den slaper wakker.

Dan hebben we nog een bijbelse verwijzing en in deze tijd moeten de leerlingen volgens mij in 1 minuut met Google kunnen ontdekken in welk(e) evangelie(s) deze parabel verteld wordt.

Wie de moderne tijd verwijt dat we (tijdens het doomscrollen) veel overvallen worden met reclame, kan in deze afbeelding zien hoe in vroeg 20ste eeuwse kranten de advertenties gewoon tussen de nieuwsberichten kunnen staan.