tinteltand


Het bewust vage onderscheid tussen school en oudervereniging

In de grond zijn er in België twee soorten scholen: staatsscholen en vrije scholen. In de eerste is de Vlaamse overheid die het onderwijs ‘inricht,’ in de tweede soort zijn dat alle ‘anderen’. Alle katholieke scholen behoren tot de laatste groep en alle GO!-scholen tot de eerste, maar er zijn nog andere ‘vrije scholen’ dan de katholieke. Zo zijn er ook protestantse en joodse scholen, maar bij de vrije scholen horen ook de steinerscholen een een groep ‘methodescholen’ (vooral freinetscholen) die zich verzameld hebben onder de naam FOPEM: Federatie voor Onafhankelijke, Pluralistische en Emancipatorische Methodescholen. Bij deze scholen is de oudervereniging de inrichtende macht, de instantie die het onderwijs organiseert. Bij scholen van het gemeenschapsonderwijs is de scholengroep de inrichtende macht, met alle privileges vandien.

Het is precies de inrichtende macht die over kwesties zoals de schoolcultuur en de locatie kunnen beslissen, maar dus ook zelf voor een schoolgebouw moet zorgen. Een GO!-school kan beroep doen op de scholengroep voor de financiering van een schoolgebouw, maar de keuze van de schoolinfrastructuur is dan ook niet een recht van de oudervereniging. Vreemd genoeg werd binnen de oudervereniging wel gedaan alsof de locatie iets was waar zij zelf kon over beslissen of tenminste eisen stellen aan het gemeenschapsonderwijs.  Dat is duidelijk niet het geval. Beide groepen (staatsonderwijs en vrij ‘gesubsidieerd’ onderwijs) krijgen werkingsmiddelen om het pedagogisch project te realiseren, maar de vrije scholen hebben de bijkomende last van de huisvestiging. Om dit te financieren, doen ze beroep op hun inrichtende macht, namelijk de oudervereniging. Zonder bijdragen van ouders of sympathisanten, kan zulk een school niet van start gaan.

De reden van het GO! om de laatste jaren freinetscholen onder haar vleugels te nemen moet niet misbegrepen worden: door extra financiële middelen voor huisvesting te voorzien, kunnen er meer eisen gesteld worden aan de school. Controleren door te subsidiëren – het is een contract, als het ware. Ik heb in andere stukken al proberen aan te tonen dat de houding tegen het GO! (en elke ‘externe’ vorm van inmenging) in de school ronduit negatief is. De teneur is altijd: het GO! voorziet te weinig middelen, geen goede locatie en te weinig geld. Dat het gemeenschapsonderwijs een gelijke verplichting heeft naar alle scholen van de scholengroep en niet zomaar de Tinteltuin kan bevoordelen, lijkt aan de leiding van de school geheel voorbij te gaan. In persoonlijke communicatie, hoorde ik van de initiatiefnemers van de Tinteltuin dat ze geheel voor het FOPEM model te vinden zijn, maar dat dit nu eenmaal geen werkbare piste is (dwz. geen geld). Ook de feitelijk opheffing van de schoolraad (d.i. ze gelijkstellen met het bestuur van de oudervereniging) holt de democratische bedoelingen van dit orgaan uit wordt het vergelijkbaar met het equivalent van de schoolraad in het vrij gesubsidieerd onderwijs.

Waarom er niet voor een FOPEM-model gekozen werd wordt nogmaals duidelijk in het filmpje van de voorzitter van FOPEM, Kris Denys, voor het Groen!-partijcongres van 2010:

http://www.youtube.com/watch?v=0WFnkikPtQU

Terwijl de christendemocraten de belangen van de de vrije katholieke scholen behartigen en het staatonderwijs veeleer politiek rood gekleurd is, lijkt of het alternatieve onderwijsveld van FOPEM de partij Groen! als politieke spreekbuis probeert te gebruiken. Opmerkelijk is dat het enkel over het gebouwenbeleid gaat en heel complex geformuleerd is. Het is een genadebede voor de vrije scholen die hun gebouwen zelf moeten betalen, maar -en dat is belangrijk om de boodschap te begrijpen- enkel de niet-katholieke vrije scholen. De katholieke scholen zijn de laatsten die hun gebouwen zouden willen overdragen aan de overheid. Het gaat hier over de kleine alternatieve schooltjes.

Wat men dus eigenlijk wil, is de schoolgebouwen die in de laatste jaren door ouderverenigingen (en inrichtende machten) van de (niet-katholieke!) vrije scholen, verkopen aan de staat. De Vlaamse regering zou dan eigenaar worden van een aantal gebouwen die zij zelf moet onderhouden en die als school gekozen zijn zonder inspraak van de Vlaamse regering zelf. Sommige scholen hebben zich misschien een groen paradijsje gekocht en verwachten dat de staat daar nu voor opdraait. Hoe kan de Vlaamse regering het maken ten aanzien van bestaande scholen (die strikte oppervlakte- en andere quota hebben) te benadelen? Dan staat het onderwijsveld (terecht!) op z’n kop.

Sterk is ook dat Denys zich in het filmpje nogal laatdunkend uitlaat over het geld dat wel wordt besteed aan gebouwen en zelfs losweg speculerend de vraag stelt of daar misschien geld mee verdiend is. Wij hebben ook recht op een deel van de koek, lijkt hij te roepen,  maar begrijpt niet dat ze het maar te vragen hebben, als zij volgens de regels willen spelen. En dit is, bij uitstek het probleem van FOPEM – het is vrijwel onmogelijk om een onafhankelijjke vrije methodeschool in leven te houden. Kopen of huren, de infrastrucuur is de grootste last bij het starten van een school. Dat het gemeenschaponderwijs zich de laaste jaren profileert als een bevoorrechte partner voor iedereen die een (methode)school wil oprichten, in dan ook niet verwonderlijk. Waarom bij FOPEM, als het gemeenschapsonderwijs je een gebouw ter beschikking wil stellen? Het was bijna exact wat ik van de stichter van de Tinteltuin te horen kreeg: hij was 100% voorstander van FOPEM, maar zei ook dat het geen optie was. Men wil wel de onafhankelijkheid, maar niet de financiële last van de schoolinfrastructuur. Ja, dat wil iedereen wel…

De vraag wat FOPEM voor die onafhankelijke school doet, behalve zo’n €1.000 lidgeld per jaar innen, blijft voor mij onbeantwoord. In de huidige politieke situatie (en in eendere welke andere bij nader inzien) lijkt het weinig waarschijnlijk dat deze plannen verwezenlijkt kunnen worden. Denys weet dit blijkbaar en is al tevreden met een proefproject – wat is dat dan: een proefverkoop aan de staat? Let wel, deze scholen worden op pedagogische vlak net op dezelfde manier financieel ondersteunt als het gemeenschapsonderwijs.

Over FOPEM zelf komen op de website van de Vlaamse regering meer te weten dat op hun eigen webstek. Deze organisatie is lid van

OKO:

  • FOPEM: vrije gesubsidieerde methodenscholen
  • Steinerscholen
  • IPCO: vrije gesubsidieerde protestantse scholen
  • VOOP: 40 andere vrije gesubsidieerde scholen

Wie de website goed bekijkt, lees daar heel duidelijk dat de directrice van de Leuvense steinerschool ook voorzitster is van de federatie van steinerscholen en zelfs voorzitster is van OKO. Om maar te zeggen: wie behartigt de belangen van de freinetscholen die niet bij het gemeenschapsonderwijs aansluiten in de Vlaamse onderwijsraad? Inderdaad, de steinerfederatie zelf. Natuurlijk zitten niet alleen de onafhankelijke freinetscholen om een nieuwe gebouwenpolitiek te wachten, ook de steinervereniging staat hierom te springen.

En eigenlijk is de Tinteltuin een school die, hoewel binnen het GO!, zich volledig gedraagt als een onafhankelijke (gesubsidieerde) school, steiner of freinet. Want in zulke scholen…

  • moeten en echt fondsenwerving gebeuren om de infrastructuur te huren, afbetalen en te onderhouden;
  • is de oudervereniging ook effectief de inrichtende macht die beslist over locatie, schoolcultuur en andere belangrijke kwesties;
  • heerst er binnen de school (misschien deel terecht) het idee: wij betalen hier alles, de staat heeft zich niet te bemoeien.

In BSGO De Tinteltuin daarentegen,

  • wordt de infrastructuur volledig betaalt en onderhouden door het gemeenschapsonderwijs;
  • is de scholengroep de inrichtende macht die beslist over locatie, schoolcultuur en andere kwesties;
  • worden de ouders wijsgemaakt dat het GO! het project tegenwerkt terwijl er geen project zou zijn zonder het GO! en dat het pedagogisch project niet mogelijk is zonder hun ouderbijdrage, terwijl al het materiaal dat nodig is om de eindtermen te halen door het GO! betaalt wordt.

Hoe diep de (bewuste?) verwarring van de school met de oudervereniging verankerd zit, mocht ik nogmaals ervaren in het recentste schrijven aan de directeur van de school:

Sent: Saturday, August 13, 2011 12:10 AM

Subject: Uitnodiging voor de Tintelraad

Beste directeur Henckens,

U weet, of behoort te weten, dat de Tinteltuin al twee jaar lang in overtreding is met decreten over het onderwijs die democratisch werden beslist door de Vlaamse regering. Het gaat hier in het bijzonder over:

  • de scherpe maximumfactuur
  • de minder scherpe maximumfactuur
  • het principe van kosteloos onderwijs
  • het recht op inschrijving
  • ondermijning van het recht op inspraak en informatie d.m.v. het de jure afschaffen van de schoolraad

Verder neigt de oudervereniging zich te gedragen alsof zij de inrichtende macht is en ten onrechte zich de daarbijhorende rechten en verantwoordelijkheden naar zich toe te trekken. Dit is niet onbelangrijk, omdat de wantoestanden binnen de vzw (qua democratisch bestuur en geldbeheer), die in principe civiele zaken zijn, ingrijpen op het onderwijsproces.

Er was mij gevraagd mijn vragen nogmaals tegen 15 augustus op papier te zetten voor de tintelraad. Volgens mijn lectuur van de statuten is de tintelraad echter een adviserend orgaan van de oudervereniging. Maar ik wil gerust mijn vragen daar beantwoord weten.

Wanneer is deze tintelraad?

Gaat het dan enkel over de wantoestanden binnen de oudervereniging, of ook de overtredingen van het decreet op het onderwijs hierboven vermeld?

Zijn er bepaalde vormvereisten voor de vragen?

met beleefde groet,

Johan

Hierop kwam van de directeur enkel de beleefde belofte van een spoedig antwoord, het echte ‘antwoord’ kwam van de voorzitter van de oudervereniging, Philippe Denys:

Dag Johan,

Wij als school zijn eveneens door het bestuur van het GO! op de hoogte gebracht van uw schrijven, en het wantrouwen wat [sic] u daarin uitspreekt. Zowel het feit dat U dit zonder wederzijds overleg doet, alsook de boodschap zelf, maakt duidelijk dat er een vertrouwenskwestie speelt van dusdanige aard dat wij met U per direct het gesprek wensen aan te gaan tussen uzelf, de coordinator en de voorzitters van de school om te zien wat hiervan de consequenties zijn voor het komende schooljaar. Wij wensen dit gesprek te voeren vooraleer er ook maar enige verdere communicatie de school en zijn functioneren verder schaadt.

Inmiddels

Betreffende : uw vragen tav de TintelRaad, tevens schoolraad van de TintelTuin.

Tot heden hebben we geen vragen mogen ontvangen.

Gelieve deze te richten ter attentie van Helga, Lieven en mezelf.

Graag duidelijke afzonderlijke gestelde vragen formuleren. Daarbij nodig ik je uit om zoals andere TT leden eventuele info, argumentatie en een oplossing voor te stellen.

1. Vraag.

2. Info , reden v/d vraag

3. Mogelijke oplossing(en)

In samenspraak met het GO! zal u een antwoord geformuleerd worden.

Op 19 augustus ’11 houden wij onze eerste TR van het jaar, agendapunten voor de volgende bijéénkomst worden er bepaald. Wij houden u op de hoogte.

Groeten,

Philippe

Hier zie je hoe de voorzitter van de oudervereniging in naam van de school spreekt, zelfs met goedkeuren van de directeur (die zelf niet reageert). De oudervereniging is niet verantwoordelijk voor het schoolbeleid en zelfs al laat de directeur het beleid wel door ouders bepalen dat zijn deze nog niet aansprakelijk voor de politiek van de school. Dit merk je ook in de communicatie: de directeur (die door het GO! zelf en de doorlichting zo wordt genoemd), heet in de school ‘coördinator’. Een coördinator is per definitie ondersteunend, terwijl directeur altijd de leider, dirigent is. En natuurlijk kan die beslissen om de macht de delegeren, maar de verantwoordelijkheid voor het gevoerde beleid, kun je niet aan de oudervereniging delegeren. Verderop wordt ook de Tintelraad (een delegatie van de algemene vergadering van ouders) gelijkgesteld aan de schoolraad, terwijl er heel duidelijk toch aparte verkiezingen geweest zijn voor de schoolraad. De enige twee conclusies kunnen zijn dat a) de voorzitter niet weet wat de schoolraad is; b) bewust liegt in de hoop dat genoegen zou worden genomen met antwoorden van de Tintelraad.

Ook de inhoud van de eerste paragraaf is eigenlijk vreemd. Je verwacht een zin als: omdat er een zodanige vertrouwensbreuk is, publiceren wij nu een publiek antwoord op de kwestie zodat alle onduidelijkheden voor iedereen de kop in gedrukt worden. Maar er staat: omdat er een vertrouwensbreuk is, willen wij u privé spreken.

De bewering dat ik het GO! contacteer zonder wederzijds overleg, is eigenlijk te gek om los te lopen: het is het bestuur en de school zelf die al maanden geen overleg wensen te plegen over hoe de school moet omgaan met de decreten over kosteloosheid, maximumfacturen en inschrijvingsrecht. Nooit was er een goed moment voor, was de vraag goed gesteld, of was het relevant. Dat ik de vragen al herhaaldelijk schriftelijk heb gesteld. “Je hebt nu eenmaal voor dit systeem gekozen” – “Ga naar een andere school als je geen bijdrage wilt betalen.” –

De publieke communicatie van een aantal beschouwingen op een blog is blijkbaar zelfs ‘schadelijk’ voor de school – hoe kan het een school schaden om de onderwijsdecreten te citeren? Zijn die gemaakt om de scholen het leven zuur te maken?

In deze hele geschiedenis is mij ondertussen wel duidelijk: daar waar steinerscholen en vrije gesubsidieerde scholen met reden een ouderbijdrage vragen (de kost van de infrastructuur), vragen sommige freinetscholen (de Tinteltuin is hierin zeker niet alleen) een gelijkaardige bijdrage terwijl de hele kost van de infrastructuur door het gemeenschapsonderwijs wordt gedragen. De Tinteltuin anticipeerde de problemen van de FOPEM-scholen, door zich in het project van het gemeenschapsonderwijs in te schrijven. Dit heeft tot gevolg dat deze kleine school meer geld genereert dat de meeste vrije gesubsidieerde scholen: €20.000 – €25.000 op minder dan 100 leerlingen. Daarbij komt nog de winst van de feestactiviteiten. Dit zijn al bedragen die de moeite lonen om een vzw op te richten. Wel wil ik nog eens benadrukken dat hoewel er geld te veel is in deze school, het tekort aan leerkrachturen schrijnend begint te worden.

Het kan bijna niet anders of deze problemen spelen of hebben ook bij andere freinetscholen van het gemeenschapsonderwijs gespeeld. De interessante vraag is: waar komt dit model vandaan? Hoe komt het dat freinetscholen zo sterk op elkaar lijken qua schoolorganisatie en dan nog op vlakken die bij de stichter Célestin Freinet helemaal niet aan de orde waren: ouderparticipatie, duurder dan gewone scholen en exclusiviteit. Er is in Vlaanderen geen freinetbeweging die naam waard en ze is al zeker niet in staat om bepaalde organisatiestructuren op te leggen aan ‘hun’ scholen.

Het lijkt alsof de freinetscholen gewoon steinerscholen zijn die de naam en de vage esoterie hebben afgeworpen en zich zo ‘commerciëler’ voordoen aan het grote publiek. Dit mag contradictorisch klinken, maar vergeet niet dat een parlementaire commissie heeft vastgesteld dat de steinerbeweging een sekte is (weliswaar kon men niet bewijzen dat ze gevaarlijk is) en dat het doel van een sekte nooit ‘de waarheid openbaren’ is, maar je zakken leeg te roven. De leer is een schil, een excuus…



De school die voor altijd klein wilde blijven

Ik heb het lang over het het hoofd gezien: de Tinteltuin wil een zo klein mogelijke school zijn. Dit is het verborgen pedagogische programma. Dit heeft de volgende voordelen:

  • er is een beperkte groep, zorgvuldig uitgekozen gezinnen die financieel en praktisch bereid zijn bij te dragen zonder morren.
  • de school krijgt van overheidswege een kleinere subsidie in totaal (op basis van aantal leerlingen), maar meer per leerling omdat alle scholen die geen volwaardige (180 lln) school zijn, dezelfde basissubsidie. Zijn er volgend jaar 170 leerlingen, dan krijgt de school meer op basis van het aantal, maar het basis bedrag blijft hetzelfde zoalng er geen 180 leerlingen zijn. De pedagogische subsidie (per leerling) interesseert het team niet, ze hebben genoeg geld voor pedagogisch materiaal op basis van de bijdrage van de ouders.
  • een beperkte groep personeel en geen directeur. Met een kleiner team en kleinere oudervereniging is het eenvoudiger voor enkele leerkrachten om hun wil op te leggen aan de andere leerkrachten, ouders en coördinator. Het inspectieverslag merkt terecht op: “Een directieambt van 14 lestijden bij het opstarten van een school zorgt voor een aantal lacunes in het uitwerken, uitvoeren en opvolgen van een schoolbeleid.” (p.15) Inderdaad, het schoolbeleid wordt volledig overgenomen door een verbond van enkele leerkrachten en strijdwillige ouders die nog meer hun best doen om de beste van de klas te zijn dan hun kinderen. Maar een zwakke directie is hierin essentieel – geen wonder dat de directeur zich -van de grote verantwoordelijkheid kwijtend- coördinator laat noemen.

De vierkantshoeve in Goetsenhoven was een prachtige omgeving voor een school maar de allerslechtste locatie (ligging) en infrastructuur denkbaar:

  • niet genoeg plaats voor een volwaardige school (180 lln)
  • niet voorzien als school, enkel als woning
  • geen turnzaal of zwembad in de buurt
  • geen bieb in de buurt
  • geen busdienst in de buurt
  • geen pakeerplaats voor de ouders
  • grote onbenutte ruimten (afgekeurd door inspectie)
  • geen zekerheid voor de toekomst (1-jarig huurcontract)

Zoals bleek konden er amper 90 kinderen school volgen en moesten er al in het eerste jaar kinderen geweigerd worden. Volgens mij wisten de iniatiefnemers van het begin dat de eigenaar geen verregaande verbouwingen zou toestaan en dat zou de school dat veilig op 90 leerlingen blokkeren. De oudervereniging en het GO! werden nooit ingelicht over deze ingebakken kleinschaligheid en er werden stappen genomen door hen om de locatie te consolideren of minstens de verbouwing van de zolder te garanderen.  Feit was dat in dat school jaar veel kinderen al te krap zaten – vooral bij de oudere kleuters.

Volgens mij kan het niet anders of het is de bedoeling dat elke opgestarte GO! school minstens 180 leerlingen herbergt. Indien niet, dan is het voortbestaan van de school in een omgeving waar het onderwijsaanbod niet gering is, allesbehalve zeker.  Dat geldt zeker voor Zoutleeuw centrum, maar ook, doch in mindere mate voor Goetsenhoven, waar het aanbod beperkt was.

Maar kleinschaligheid lijkt altijd een belangrijk punt in freinetonderwijs, al wordt nooit uitgelegd waarom dat zo belangrijk is en terwijl voor iedereen duidelijk is dat hieraan een zware kost verbonden is.

Wanneer dan het doek viel over Goetsenhoeven (zie het relaas hier), werden opties zoals de Tiense tekenacademie of het parochiecentrum zonder er verder op in te gaan, aan de kant geschoven omdat ze niet ‘de droomschool” waren. Niet freinet genoeg, u kent dat wel… Het enige wat duidelijk was, was dat deze opties capaciteit genoeg en een publieksvriendelijke liggen hadden.

Liever werden in juni 2010 de krachten verzameld in een project om twee leegstaande ruwbouw schuren in Ezemaal om te toveren tot een school. Hoewel van het Lyceum en de Parochiezaal geen foto’s werden vertoond, volgde er een lange diashow over de lege ruwbouwschuur en het achterliggend weiland. Dit plan, niet gespeend van enig realisme, werd gelukkig op de vergadering aan neergesabeld: op 2 (vakantie)maanden een school bouwen, dat kan niet. Daarop kwam dan het alternatief dat de school in het woonhuis zou gevestigd zijn, maar dan waren er nog verbouwingen nog. Met dit waanzinnig plan wou men in mei 2010 het GO! nog overtuigen om zelf geld te investeren in de later te huren gebouwen… Terwijl ze net hetzelfde had gedaan m.b.t. de kindertoiletten in Goetsenhoven, die nu een verloren investering waren. Once bitten, twice shy.

De verhuis naar Zoutleeuw was definitief. Nochtans bleef een Task Force binnen de school actief op zoek naar een nieuwe locatie, zonder echt ooit een enkele optie te hebben kunnen voorstellen. Ondertussen was er wel maandenlang onduidelijkheid bij de ouders over de toekomstige locatie van de school. Op die manier is men erin geslaagd een instroom van kinderen uit Zoutleeuw te voorkomen. Nu dit jaar, in Zoutleeuw, zit zijn de gebouwen niet te klein, en moet de school verplicht meer kinderen toelaten.

Dit alles dient een duidelijk doel: freinetwerking. Dat wil hier zeggen: we maken klassen van 15 i.p.v. 22 leerlingen. Net zoals andere scholen, krijgt men voor elke 22 leerlingen een full-time leerkracht toegewezen. In totaal ontstaat er dus een tekort aan uren. Niet alle leerkrachten worden full-time betaald, maar ze hebben wel allemaal een full-time klas kinderen onder hun hoede. Daar mogen weer de ouders opdraven.



Niet inschrijven! We gaan (misschien) verhuizen… of toch niet (onmiddellijk)…

Vanaf februari 2011 zou eender welk kind kunnen worden ingeschreven, maar op de algemene vergadering van maart 2011 wordt duidelijk dat dit gewoonweg niet gebeurt en dat de nieuwe, ongewenste gezinnen worden weggestuurd de efficiënte smoes van de altijd toekomstige (en nooit concrete) verhuis naar een nieuwe locatie. Zoals in juni 2010 het project ‘Ezemaal 2011-12’ werd gebruikt als lokaas om de ouders uit het Tiense te houden en te blijven aantrekken, wordt nu een niet nader gedateerde of gelocaliseerde verhuis gebruik om ongewenste ouders buiten te houden.

Zijn nieuwe ouders welkom, stellen wij onze school genoeg open voor nieuwe kinderen? Nieuwe ouders kregen blijkbaar boodschap dat we terug richting Tienen wilden verhuizen. 3 intakes?

antwoord 1: vele gesprekken om na te gaan of de gezinnen die zich willen inschrijvenmatchen” met ons project; een aantal nieuwe ouders is aangekomen in een zeer onzekere periode (net na de gedwongen verhuisperikelen)

antwoord 2: ook daarvoor dient deze AV, om samen een gedragen beslissing te nemen over onze toekomst

uit: Verslag Algemene Vergadering 18 maart 2011

 

In de vergadering pedagogie wordt over deze kwestie op 21 maart 2011 nog verder gepraat en door de regels lees je de angst voor leegloop (blauw) en vrees voor verlies van geloofwaardigheid (rood):

Inschrijvingen

Lieve neemt dossier terug over van Kathleen (overlegmoment plannen)

Term intake wordt vervangen door kennismakingsgesprek Team/Ouders

Documenten secretariaat worden aangepast (Lieve)

Acties :

Graag snel zicht op aantal vrije plaatsen. Inventarisatie oudergroep volgend schooljaar kan hier een essentiële rol in spelen. “Wie blijft aan boord als we nog een jaar (of twee) in Zoutleeuw blijven ?” Elisabeth neemt dit item mee naar TintelRaad.

ps : mogelijkheid om dit electronisch op te vragen cfr interface TintelMeter (Joost)

Gaan alle grote kleuters over naar het eerste leerjaar ? Is het een evidentie dat kleuters ook bij ons automatisch doorstromen naar ons eigen lager ? Kunnen we ouders helpen om vertrouwen te hebben in deze overstap ? Evi/Kathleen toetsen die idee af in de klasoudervergadering : krijgen klasouders signalen in die zin en spelen we hier op in met Team en/of WG Pedagogie. Mogelijk idee : extra klasvergadering die hieraan besteed wordt ?

Voor nu & (ook) naar volgend schooljaar toe :

Graag snel een accuraat zicht op hoeveel vrije plaatsen er beschikbaar zijn. Zoniet is het contact met nieuwe gezinnen steeds complex en is het een evenwichtsoefening om betrouwbaar te blijven overkomen : ouders willen immers – terecht – graag vrij snel een antwoord op de vraag of er al dan niet plaats is voor hun kind.

Openstaand (Goedele)

Zetten we onze deuren al dan niet open voor proefdag ?

Graag eenduidig antwoord.

Indien “extra open plaatsen” : samenwerking met WG Communicatie voor promotie zodat plaatsen ingevuld zijn voor het einde van het schooljaar. Kwestie van onze zomermaanden niet al te veel te belasten, cfr vorig schooljaar.

Stand van zaken van enkele concrete dossiers

Bemerking Cathy C op de AV,

ontradend optreden naar gezinnen die verder af wonen –

wil TtT wel groeien en extra gezinnen aantrekken ? Lieve nam contact op met CC en peilde naar meer toelichting. Zou betrekking hebben op gezin Tinca. Dit wordt meteen met duidelijke (positieve) boodschap gecontacteerd door Elisabeth. Gezin in kwestie bleek echter zeer positief en had ruimschoots begrip voor de procedure die zij nu doorliepen.

Opmerking Lieve : bizar dat bijna alle – reeds ingeschreven – instappers dit jaar afhaken. Lokatie, toeval, negatieve sfeermaking in de regio ? Vinger aan de pols houden …

uit: Verslag vergadering Pedagogie 21 Maart 2011

 

En zelf de ‘uitstap’ (kinderen die de school verlaten) wordt zorgvuldig gemonitord, omdat mensen blijkbaar voorbereid worden op de uitstap.

Hier wordt duidelijk hoe de onduidelijkheid omtrent de locatie door het bestuur werd gebruikt om locale instroom in Zoutleeuw te voorkomen. Hierover kan ik geen bewijzen, andere dan deze verslagen, voorleggen die aantonen dat reeds in de zomer van 2010 ouders uit Zoutleeuw werden verteld dat de locatie slechts tijdelijk was. De lange twee bladzijden ervoor in het verslag, over de task force ‘huisvesting’ is uiterst dubbelzinnig. Enerzijds wordt er gesteld dat we in Zoutleeuw blijven, anderzijds worden er blijkbaar nog geprospecteerd, gepland, eisen opgesteld en gelobbyt. De reacties van de tintelraadleden (enkel hun reacties worden opgenomen, op de laatste van JF na):

Besluit:

geen alternatief voor Zoutleeuw voor de komende jaren

toekomst is met GO -> brief aan ministerie en minister met vraag naar een gesprek en duidelijkheid en om druk te zetten op SGR11 (er is al mailverkeer geweest vanuit kabinet met de vraag aan SGR11 naar hun plannen en om actie te nemen).

Helga: wel op de hoogte van investeringsplannen van SGR, voor contact met GO centraal naar Dirk Ferlain

Joost: “om te beslissen dat we blijven hebben we wel woord van GO nodig dat er geïnvesteerd wordt in de site”

Elisabeth: “oneerlijkheid en gebrek aan openheid van GO, lichtzinnigheid over onze noden en hun intentie om enkel het hoofdgebouw even op te kalefateren”

J-F: “zelf ook ons engagement en onze doelstellingen kenbaar maken aan de stad, GO omdat zij misschien niet helemaal beseffen wat wij verlangen en waar we naartoe willen.”

Wij willen gebouw dat ons project ondersteunt, liefst in regio Tienen-Landen, in groene omgeving (oorspronkelijke droom) -> wat is er mogelijk?

(…)

wat vragen we nu aan SGR11:

streek Tienen – Landen, in gebouw dat voldoet aan ons project (gebaseerd op werk dat gedaan is voor Ezemaal, onze “ideale school”)

zo nee, wat gaat er in Zoutleeuw gebeuren om dat te doen lukken, zowel op korte als op lange termijn?

Conclusie:

we zitten hier nog in 2011-2012 en waarschijnlijk ook 2012-2013 (er is volgens GO wel voldoende potentieel (kinderen) en ruimte om deze jaren te overbruggen

er valt op korte termijn geen appel uit de kast

uit: Verslag Algemene Vergadering 18 maart 2011

Laat ons hopen dat er niet te veel uit de kast valt, want dat zijn spreekwoordelijk gezien alleen maar lijken. Appels vallen sinds Newton van de boom. Omgekeerde conclusie: heel misschien zijn we in 2012 al weg in Zoutleeuw. Dit is retoriek van de bovenste plank: de tekst begint en eindigt met de zeggen dat Zoutleeuw definitief is, maar suggereert daartussen herhaaldelijk het wel bestaan van een alternatief dat nochtans geen vorm of naam heeft. Tot op de dag van vandaag heeft men nog niet duidelijk over de toekomst van de tinteltuin gecommuniceerd. Dit verslag uit maart werd echter pas verspreid bij de aankondiging van de algemene vergadering van 17 juni 2011. Vanaf die datum houdt de communicatie op er is blijkbaar in de maanden april en mei geen tintelraad geweest. Half juni 2011 kwam er dan plots een brief:

Beste Tinteltuin-ouders, tintelteam,

Het tweede werkjaar van de Tinteltuin zit er bijna op.  Het opstarten van een school vraagt moed en doorzetting, van zowel ouders als team. En heel veel wederzijds leren. Wij hopen dat elkeen die hiertoe actief heeft bijgedragen, kan terugblikken op een tevreden en voldoeninggevende manier. In deze twee jaar heeft het thema omtrent huisvesting een belastende rol gespeeld bij het ontwikkelen van het pedagogische project van de tinteltuin. De lokatie van Zoutleeuw was een reddingsboei na de mislukte samenwerking met de eigenaar van het domein in Goetsenhoven. Gedurende dit volledige jaar is door een taskforce van de school langs alle kanten bekeken en onderzocht hoe de school optimaal gehuisvest kon worden voor zijn verdere bestaan, in zowel de oorspronkelijke regio als de huidige regio Zoutleeuw. De conclusie van zowel de taskforce als de Go-groep is dat Zoutleeuw de enige optie is om nu verder door te starten. Dit geeft enerzijds rust, maar maakt het project voor de ouders uit de oorspronkelijke regio extra uitdagend, gegeven de afstand en deze niet oorspronkelijk zelf gemaakte keuze. Dit beseffend, is het de intentie van het GO hierbij de tinteltuin echter maximaal te ondersteunen in het uitbouwen van Zoutleeuw als een zo ideaal mogelijke lokatie voor de tinteltuin. Alle krachten wensen we nu, samen met ouders en leerkrachten, te bundelen om de Tinteltuin een succes te maken in Zoutleeuw. Om deze droom te realiseren, is nu eerst een zeer concreet, samen gedragen dossier nodig omtrent de huisvesting te Zoutleeuw. Hoe sterker dit dossier door zowel het GO als de Tinteltuin wordt gedragen, hoe groter de kans dat we hier prioritair middelen naartoe kunnen brengen. Beseffend dat er ook een groot potentieel blijft bestaan voor freinet-onderwijs in de oorspronkelijke regio, wensen wij op lange termijn te werken aan een tweede site in deze regio landen-Tienen, die vanuit een dan mature school in Zoutleeuw kan ontstaan en opgestart worden. Hopend op de steun en samenwerking hierrond,

Alvast een welgemeend bedankt aan iedereen die hieraan meewerkt, Hartelijke groet,

Rik H, voorzitter raad van bestuur van scholengroep 9 van het GO

Bart I, leerkracht in naam van het TintelTuin team

Lieven C, co-voorzitter in naam van de tintelraad

Hoewel de brief helemaal in de richting lijkt te gaan van het bevestigen dat Zoutleeuw nu de definitieve plaats voor de school is, wordt er helemaal op het einde alweer een gaatje gelaten voor een mogelijke ‘gedeeltelijke’ terugkeer. Dit zal echter slechts een kwestie worden, wanneer de capaciteit in Zoutleeuw bereikt is, wat gezien het inschrijvingsbeleid, niet gauw het geval zal zijn.



Brief over einde huurovereenkomst vierkantshoeve
July 1, 2011, 22:35
Filed under: schoollocatie | Tags: , , , ,

Aan de ouders en personeelsleden

van de TintelTuin

Leuven, 21 mei 2010

Betreft: huurovereenkomst TintelTuin

Geachte ouders,

Geachte personeelsleden,

Hieronder vindt u chronologisch de stappen die werden ondernomen om de huurovereenkomst aan te passen aan de noodzakelijke verbouwingen en wederzijdse afspraken:

Op 24 maart vergaderden de heer Cels, de heer Dirickx en de algemeen directeur om een nieuwe huurovereenkomst voor de periode van 1-9-2010 tot 31-8-2019 af te sluiten.

Na anderhalf uur onderhandelen werd een overeenkomst bereikt waarin beide partijen zich konden vinden. Enkel de huurprijs bleef een struikelblok: de heer Sels vroeg 6.500 euro als huurprijs terwijl de scholengroep maximaal 5.000 euro wil betalen.

Op 29 maart stuurt de heer Sels een brief waarin hij de huurovereenkomst stop zet vanaf 1 oktober 2010.

Op 2 april schrijft de algemeen directeur een brief naar de heer Sels met de vraag de vierkantshoeve verder te mogen huren gedurende 3 of 11 maanden, om meer tijd te hebben in het vinden van een nieuwe locatie.

Op 4 mei vergaderden de algemeen directeur en de heer Dirickx met Helga Henckens, directeur van de TintelTuin, 2 leerkrachten en de voorzitter van de vzw.

Deze vergadering komt tot het besluit dat

  1. de vierkantshoeve in Goetsenhoven nog altijd de eerste prioriteit is om een school in onder te brengen. De huurovereenkomst zou dan liefst langer dan negen jaar duren.
  2. indien de school niet langer in Goetsenhoven kan blijven, de school voor één jaar kon verhuizen naar de gebouwen van de voormalige BSGO Zoutleeuw.

Omdat op de brief van 2 april van de algemeen directeur nog steeds geen antwoord was gekomen, stuurde de algemeen directeur een nieuwe brief op 7 mei.

Op 10 mei kreeg de heer Dirickx, na vele pogingen, de heer Sels eindelijk aan de lijn.

De heer Sels was uitermate boos niet alleen omdat hij zijn kampeerwagen niet kon binnen rijden maar ook omdat de stad Tienen hem meedeelde dat er door de aanwezigheid van een school in de feite een bestemmingswijziging van zijn eigendom was opgetreden. De wijziging later van een gemeenschapsvoorziening terug naar een woning in agrarisch gebied is een zonevreemde functiewijziging die niet vergunbaar is.

De heer Sels bleek nu plots wel bereid om over de huurprijs te praten op voorwaarde dat de bestemmingswijziging zou kunnen ongedaan gemaakt worden.

Op dinsdag, 18 mei, vond een overleg plaats tussen de burgemeester, de stadsecretaris, de stadarchitect van de stad Tienen en de algemeen directeur, de heer Dirickx, mevrouw Anja Ginckels en Helga Henckens, coördinator van de TintelTuin.

Uit dit gesprek kunnen we twee conclusies trekken:

  • Wegens reglementering is het onmogelijk om containers te plaatsen in de vierkantshoeve
  • De stad Tienen kan deze bestemmingswijziging niet intrekken omdat dit een toepassing is van een decreet van de Vlaamse overheid.

Diezelfde dinsdag heb ik de heer Sels dit bericht gemeld en nogmaals gevraagd of hij toch niet de vierkantshoeve voor minstens 9 jaar zou willen verhuren aan 5.000 euro per maand.

Zijn antwoord was negatief en bovendien ging hij zijn advocaat i.v.m. de bestemmingswijziging raadplegen.

Omdat ten laatste begin volgende week een schrijven moet gericht worden aan het Departement onderwijs i.v.m. een adresverandering heeft de Raad van bestuur vorige woensdagavond, 19 mei, de knoop doorgehakt en beslist de vierkantshoeve te verlaten.

Het enige alternatief, in afwachting van een goede bestemming voor de school, is het opnieuw in gebruik nemen van het schoolgebouw van de voormalige BSGO Zoutleeuw. Er zal een bus ingelegd worden die dagelijks het traject heen en terug aflegt van Tienen naar Zoutleeuw.

Ondertussen zal ik aan de voorzitter de vraag stellen of er juridisch een mogelijkheid bestaat om de eigenaar te dwingen zijn vierkantshoeve verder te verhuren aan scholengroep 11.

Tenzij er de volgende paar dagen ons een tegenbericht bereikt, moeten we zo snel als mogelijk samen zitten om de verhuizing op de beste manier te organiseren.

Ik hoop op jullie steun te kunnen rekenen.

 

Hoogachtend

 

getekend

 

Urbain Lavigne

Algemeen directeur